“Wat is dat voor een raar geel dingetje, vrouwtje?”Beer_13_200x300

“Dat is een bloemetje, Beer.”

“Ja, hallo! Dat zie ik ook wel! Maar er bloeien toch nooit bloemetjes in maart? In mei leggen alle vogels een ei, en dan gaan ook de eerste bloemetjes bloeien. Dat worden dan later appels of peren.”

“Wat een wijsheid, Beer. Nou, deze bloemetjes bloeien toevallig eerder. Dit zijn narcissen. En die rode daar zijn tulpen. En die blauwe bloemetjes heten longkruid…”

“Ja, ja! Ik begrijp het nou wel!”

Stilte.

“En ga je nou ook weer in de tuin werken, vrouwtje?”
“Tja, dat denk ik wel, Beer. Hoezo?”
“Nou, da’s altijd zo’n feest om naar te kijken. En dan kan ik lekker helpen.”
“Jazeker! Met aanwijzingen geven zeker!”
“Ja, vrouwtje. Wat zou je moeten zonder mijn wijze knuffelberenraad? Hè?!”
“Nouhou…”

Oh, leuk! Het wordt lente! En dan gaan we weer lekker buiten spelen! Dat vind ik zo heerlijk. Lekker in het zonnetje zitten en met de katten stoeien. Als ik het een beetje weet te regelen met ze, dan vangen ze misschien wel een zalmpje voor me (“Er zit hier geen zalm, Beer!”). Oh, nou een ander visje dan. Dan doe ik net alsof het een zalm is.

En verder gaat het vrouwtje dan weer in de tuin rommelen. Want werken kun je het nauwelijks noemen (“Ik hoor je wel, Beer”). Tja, nou, zeg nou eens zelf, vrouwtje! Je bent uren, maanden, jaren bezig met het aanharken van één vierkante meter tuin! Ik weet wel hoe dat komt: het vrouwtje kan door haar ziekte niet meer zo fanatiek in de tuin ploeteren als vroeger.

Vroeger ging ze één dag tekeer en dan was alles gesnoeid, het onkruid gewied en de vijver schoongemaakt. Maar nu is ze een halve dag bezig met het snoeien van één struik en dan is ze nog niet klaar. Eerst probeerde ze nog door haar poten te zakken om het onkruid uit de grond te trekken. Maar dan kwam ze niet meer overeind. Ze was dan net zo’n schildpad op z’n rug. Die komen ook niet meer op hun poten terecht. Dan moest ze bijna de tuin uitkruipen naar een stoepje om te proberen overeind te komen. Of ze moest het baasje roepen om haar te helpen. Da’s natuurlijk helemaal niet leuk!

Nu zit ze op een stoeltje of een krukje. Soms krijgt ze dan van mensen die langslopen allerlei opmerkingen. Zo van: “Zozo, u heeft het zich ook lekker makkelijk gemaakt op dat stoeltje!” Stomme mensen, ze weten helemaal niets van het vrouwtje. Ook niet dat ze het ‘op de moeilijke manier’ helemaal niet meer kan! Sufferds! Het vrouwtje blijft dan vaak best vriendelijk. “Ach ja, Beer,” zegt ze dan, “ze weten niet beter…” Om vervolgens bijna in de vijver te vallen.

Want behalve dat ze niet meer zo veel kracht in haar achterpoten heeft, is ze soms ook een beetje de weg kwijt. Dan denkt ze dat ze op het krukje gaat zitten, maar in het echt zit ze er dan naast. Hihi… Hèhhèhhèh! Woehahahaha!!! Eigenlijk best wel heel grappig als je dat ziet. (“Ja, dank je Beer! Zo kan ie wel weer!”). Hé, dat rijmt! Maar ’t is waar. Het is niet aardig om mijn vrouwtje uit te lachen… grinnik…

Geniet van de lente, hè? Nou doei!

Beer

Fotografie: Martin de Bouter

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *