Of iemand met MS cognitieve problemen heeft, kun je het beste meten met een neuropsychologisch onderzoek, afgekort tot NPO. Een neuropsycholoog bestudeert het gedrag van iemand en de werking van de hersenen. Met een NPO onderzoekt hij hoe goed de cognitieve functies nog zijn.

NPOEerst voert hij gesprekken met de patiënt, zodat die kan uitleggen waar hij of zij last van heeft. De patiënt moet soms een vragenlijst invullen.

Omdat cognitie niet met slechts één test te meten is, bestaat een NPO uit verschillende soorten testen. Deze uitslagen van de testen geven samen een beeld over het cognitief functioneren van de patiënt.

Welke testen zijn er?

1. Intelligentie testen:

Met deze test worden verbale functies getest, zoals woordgebruik en formulering. Ook onderzoek naar lezen, schrijven en rekenen horen hierbij. Voorbeelden hiervan zijn:

  1. WAIS (Amerikaans, welk figuur kun je invullen in het lege vakje hieronder?)

  1. GIT-2 (Nederlandse test voor intelligente vaardigheden)
  2. Raven (een wat oudere meerkeuze test)

2. Geheugen testen:

• 15-woorden test (onthoud 15 voorgelezen woorden)
• Verbale leer- en geheugentest
• (Visuele) associatie test (probeer maar eens deze associatie test)

3. Executieve testen

Hiermee wordt de controlefunctie van je hersenen getest. Hoe goed kun je plannen en organiseren?

• Trailmaking-test (verbind opeenvolgende punten met een lijn)

• Stroop test (kleurenkaart, zie de test onderaan deze pagina)
• Wisconsin Card Sorting-test (test de flexibiliteit om te schakelen tussen taken)

4. Testen van de concentratie en aandacht, en van het waarnemingsvermogen:

• D2 test
• TOSSA en TODA

Hoe lang duurt een NPO?

Een NPO duurt een halve, of soms wel een hele dag. Welke testen je maakt, hangt af van de problemen die je denkt te hebben. Als je vindt dat je vooral moeite hebt met concentreren, dan wordt dat uitgebreider getest. Maar: je doet ook veel andere testen en ze houden bij hoe goed je de informatie opneemt en hoe snel je alles verwerkt.

De onderzoeksresultaten geven aan wat de sterke en zwakkere kanten zijn van de onderzochte persoon. Zo wordt de invloed op het dagelijks leven van de patiënt bepaald. Dit is nodig voor het plannen van de behandeling of begeleiding door bijvoorbeeld fysio- en ergotherapie. Ook wordt gekeken of het nodig is om vaker een NPO te doen, om cognitieve achteruitgang tijdig te ontdekken.

Wil je meer weten hierover? Kijk naar dit filmpje van Prof. Dr. Geurts.

Doe hier zelf een test

Hier zie je een voorbeeld van de Stroop-test. Lees eerst de woorden hardop zonder op de kleuren te letten. Noem dan de kleuren hardop zonder op de woorden te letten. Best lastig, hè?!

Oorspronkelijk geplaatst op MSkidsweb: 14-11-2014.

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *