Soms hoor je dat het jaren duurt voordat een arts weet welke ziekte je hebt, als je lichamelijke klachten hebt. Bij mij was het snel duidelijk. Ik kreeg de diagnose MS een jaar of acht terug, op mijn veertigste. Dit was redelijk snel in kaart gebracht. Toch wel fijn, ook al was de uitslag dat niet.

De voorgeschiedenis was eigenlijk grappig. Jaren terug woonde ik met mijn ex-vriend buitenaf. Ik ging eens in de sloot vóór het huis bloemetjes plukken. Ik ben allang geen kind meer, maar vind het plukken van bloemen leuk. Die keer gleed ik een beetje in de sloot naar beneden. Mijn ex-vriend zat al in de auto op me te wachten, en hij zei dat hij me vast niet hoefde te helpen. Hij vond dat ik zelf wel omhoog kon komen, want ik was stoer genoeg. Dus dat deed ik en dat was ook geen probleem.

Maar: ik kreeg snel daarna last van mijn ogen en dacht dat ik misschien allergisch voor die bloemen was. Ik ging ermee naar de huisarts, die keek in mijn ogen en haalde mijn ooglid omhoog. Een onprettige ervaring. Hij zei uiteindelijk dat ik niet allergisch was. Maar wat was het dan wel? Over die vraag dacht ik niet zo lang na. Ik was niet ongerust. Waarom zou ik ook?

Ik herinner me nog dat in die beginperiode de term ‘neuroloog’ voor het eerst viel. Al weet ik niet meer wanneer en bij wie. Toen ik dat woord hoorde, wist ik dat er iets mis was. Een oogarts zou betekenen dat ik ‘slechts’, hoe erg dan ook, iets aan mijn oog zou hebben. Bij het woord ‘neuroloog’ wist ik dat er iets aan de hand was met de zenuwen in heel mijn lichaam. Daar voelde ik me wat ongemakkelijk bij…

In die beginperiode werd ik vaak doorverwezen. Ik kwam bij een andere huisarts terecht. Hij deed wat oefeningen met mijn benen, en vermoedde waarschijnlijk iets. Maar wat?
Weer iets later kreeg ik een oproep voor een ruggenprik, om meer duidelijkheid te krijgen. De neuroloog vroeg na de prik of ik het vocht wilde zien. Dat hoefde voor mij niet, wist ik veel wat ik moest verwachten. Maar: het zag er niet eng uit, gewoon een beetje doorzichtig.

Weer later ging ik door de scan, voor een MRI, want dan zou er meer duidelijk worden. En toen kreeg ik de uitslag… Ik verwachtte niets ergs, maar ik kreeg te horen: “Je hebt MS.” Dat was een klap in mijn gezicht, want ik was niets gewend. Ik kom uit een gezin waarin niemand ooit iets had of heeft. De boodschap was heftig en ik huilde tranen met tuiten. Gelukkig werd ik liefdevol opgevangen door de secretaresse, want ik was nietsvermoedend in mijn eentje naar het ziekenhuis gegaan.

Later die dag was ik vooral bang hoe ik me de volgende ochtend zou voelen, omdat ik voor het eerst wakker zou worden terwijl ik wist dat ik MS had. Dat zou vast raar voelen. Wat bleek? Die ochtend werd ik gewoon en rustig wakker als altijd.

Nicole

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *